Nieuws

Samen waarde toevoegen aan 1S

Tekst Monique Marreveld
Gepubliceerd op 15-01-2024 Gewijzigd op 12-01-2024
Beeld Shutterstock
Hoe zorg je er voor dat leerlingen bij de rekenles blijven? En vooral: wat kunnen we daar zelf aan doen? Die vraag stelde de Herman Gorterschool in Zaandam aan het Expertisepunt Rekenen-Wiskunde.

‘Betekenisvol’ onderwijs. Het woord komt een paar keer terug als we met de Herman Gorterschool praten. Nuchter vragen basisschooldirectrice Gerda Pérez en haar adjunct directeur Susan Zwart aan Vincent Jonker van het Expertisepunt Rekenen-Wiskunde: doen we de goede dingen in ons rekenonderwijs en hoe kunnen we beter worden, betekenisvoller?

De populatie van de school is veranderd de afgelopen jaren. Armoede speelt een grotere rol. En er komen steeds meer leerlingen binnen voor wie Nederlands niet de eerste taal is. Noodzakelijkerwijs richtten Pérez en Zwart zich dus op een rijke taalomgeving. Schoolbreed (7 kleutergroepen en in iedere jaargroep 3 parallelklassen) wordt gefocust op woordenschat (ook rekentaal) en begrijpend lezen. Rekenen sneeuwde misschien een beetje onder, suggereert Pérez. ‘Ook het lerarentekort, wat bij ons betekent dat een op de vijf leraren zij-instromer is of nog in opleiding, hielp niet.’

 

Data

Maar, dat is het mooie, ze steken de hand in eigen boezem in Zaandam en vragen zich af wat er beter kan. Pérez: ‘We denken dat we op weg naar 1F (het referentieniveau dat 95% van de leerlingen in Nederland moet halen, red.) ons onderwijs best op orde hebben. We doen veel aan “de onderkant”, zodat kinderen dat basisniveau halen. Maar we schatten in dat we richting 1S iets laten liggen, en veel kinderen dat straks net niet zullen halen. Terwijl bij ons schoolgewicht het uitgangspunt is dat 41,5% van de kinderen dat aantikt. Dan is de vraag: Aan welke knoppen kunnen we draaien?’

‘Beste rekenvragen
worden gesteld
buiten de rekenles’

Denken of weten dat je je onderwijs op orde hebt. Dat maakt verschil, toch? ‘Weten dus, want op de Herman Gorter analyseren we ons suf,’ zegt Pérez lachend. Data over leerlingontwikkelingen worden nauwgezet gevolgd en met elkaar besproken. Eerst in de jaargroep (wekelijks), dan in de bouw, en schoolbreed (2x per jaar). ‘Collega’s kijken inhoudelijk ook naar elkaars lessen, maken gezamenlijke lesontwerpen en bereiden lessen gezamenlijk voor. Zo houden we elkaar scherp. Als we iets hebben afgesproken, gebeurt het ook.’

De Gorter heeft  een nieuwe methode voor wereldoriëntatie aangeschaft waar leraren de teksten aan koppelen met de werkwijze van close reading. Door het onderwijs thematisch aan te vliegen, wordt de kennisoverdracht sterker, denken Pérez en Zwart, en het onderwijs betekenisvoller. Met rekenen willen ze ook dit soort stappen zetten, maar komen ze er niet zo goed uit. Pérez: ‘Met de subsidie uit het masterplan basisvaardigheden willen we de diepte in met mensen die meer verstand van rekenen hebben dan wij.’ Ze knipoogt.

 

Netwerk

Jonker belooft Pérez in de regio ondersteuning te zoeken (zie kader). Trouwens, de Gorter is al best goed bezig, vindt Jonker. En misschien ligt het antwoord dat Pérez en Zwart zoeken dichterbij dan ze denken. ‘De beste rekenvragen - op het niveau van 1S – worden meestal niet in, maar buíten de rekenles gesteld. En dan kun je met onderwijs zoals jullie dat doen, ver komen.’ Hij geeft een voorbeeld: Neem een rechthoek met de vraag: hoe groot is de oppervlakte? Je kunt ook vragen: maak zoveel mogelijk rechthoeken met datzelfde oppervlakte.

'Geef leerkrachten
de ruimte om zich
te ontwikkelen’

Jonkers belangrijkste advies: Geef leerkrachten de ruimte om zich te ontwikkelen in wat er nodig is om een rijke leeromgeving neer te zetten, ook in het rekenonderwijs. En maak ze bewust van de vragen die daar bij horen. ‘Ik zie op veel scholen onzekerheid bij leraren. Ze hebben basiskennis, maar rijke rekenvragen, open opdrachten vinden ze soms lastig. Ze denken al gauw: “Ik mag toch geen vraag stellen waar ik zelf het antwoord nog niet op weet?” Het Expertisepunt Rekenen-Wiskunde kan helpen met extra werkvormen en materialen om het repertoire van je team te vergroten en die onzekerheid weg te nemen.’ Met de subsidie kan ook steun worden geboden bij praktijkgericht onderzoek of collegiale visitatie.

Heeft Jonker misschien nog tips voor andere scholen? ‘Het voornaamste is leerlingen op dat vlak van 1S meer te prikkelen door bijvoorbeeld je rekenonderwijs te combineren met topografie of wereldoriëntatie. Voor een steviger ondersteuning van 1S heeft het zin om over muurtjes van vakken te kijken, ook als leraar.’

‘Je kunt soms bij leerlingen net iets meer bereiken door bijvoorbeeld een iets andere vraagstelling, een andere context of werkvorm. Maar wat wij kunnen toevoegen aan didactiek, aan de professionaliteit van je docenten, daar vallen geen algemene uitspraken over te doen. Het Expertisepunt zal steeds naar ondersteuning op maat zoeken. Het is voor iedere school een zoektocht.’

Het is voor alle scholen belangrijk om vroeg te beginnen, bij de kleuters, bijvoorbeeld door vaker denkvragen te stellen in plaats van simpele ja/nee-vragen. Juist kleuters staan daar voor open, stelt Jonker, omdat ze nog niet zo bezig zijn met goede of foute antwoorden. Onvermijdelijk komt ook het toetsen ter sprake. Net als bij taal matchen de eindtoetsen niet altijd met de methodetoetsen, denkt Jonker; bovendien geven ze maar een beperkt beeld van de rekenvaardigheden van kinderen. Ook Pérez en Zwart merken dat. Jonker: ‘We moeten ons blijven afvragen, bij wat we in de klas doen: waar gaat het uiteindelijk om? Wat vinden wij goed onderwijs? Gaat het er om dat leerlingen de toets halen of dat ze in het echte leven kunnen rekenen? Durf het boek af en toe los te laten en keuzes te maken.’ Dat lijkt bij Pérez en Zwart in goede handen.
 

(Kennis)makelaar

Het Expertisepunt Rekenen-Wiskunde werkt samen met verschillende hogescholen (waaronder de Radiant pabo’s, met lector rekenen-wiskunde Ronald Keijzer, en het Panama netwerk van pabo’s). Het treedt als kennismakelaar op, maar het bemiddelt niet alleen in externe experts. ‘Het helpt ook’, zegt Jonker, ‘om te kijken in de keuken van een andere school waar vergelijkbare vraagstukken spelen. We brengen je graag met collega’s in contact om je aan elkaar te spiegelen. Daar leer je soms meer van dan van een specialist die langs wandelt’.

 

Dit artikel verscheen in de OCW-special Naar een sterke basis rekenen-wiskunde van Didactief, januari 2024.

Verder lezen

1 Leer ze rekenen

Click here to revoke the Cookie consent