Kennisleed

Tekst Jo Kloprogge
Gepubliceerd op 30-08-2004
Jo Kloprogge - Het wil nog niet erg vlotten met Nederland kennisland. Het beroemde Innovatieplatform met de minister-president als voorzitter is er nog niet in geslaagd een besteding te vinden voor de 800 miljoen euro die in de knip zit om van Nederland tegen 2010 een kenniseconomie te maken.

Dat is zuur, zeker als je bedenkt dat de bezuiniging van 100 miljoen op het onderwijsachterstandenbeleid er zo nodig moest komen om de eerst voorziene schamele 700 miljoen voor de kenniseconomie tot 800 miljoen op te hogen. Van goed geld naar slapend geld is een kleine stap. Maar er is hoop. De minister van Economische Zaken heeft eind juni aan het volk meegedeeld dat het platform inmiddels fundamentele vragen in onze kenniseconomie heeft geïdentificeerd. Na de zomer horen we meer. Of niet.

Al met al is het wel duidelijk dat de 'sense of urgency' om in de kenniseconomie te investeren in de politiek grotendeels afwezig is. Het idee dat we aan een kenniseconomie moeten werken is het grote lachertje in Den Haag. Dat kan te maken hebben met een misplaatste arrogantie die ons ook bij het voetbal al jaren parten speelt. Ondanks jaren van matige resultaten denkt Nederland nog steeds toppie toppie te zijn. Maar – nog erger – misschien is ons kennisniveau al zo ver gezakt, dat we niet eens meer kunnen bevatten dat we een laag niveau hebben bereikt.

Als de politiek het niet ziet zitten, heeft het onderwijs zelf dan het vermogen om zich aan de haren uit het moeras te trekken? Voor de meeste scholen lijkt dat te veel gevraagd. Een deel van hen verliest zich in het organiseren van steeds gedifferentieerdere zorgtrajecten voor echte of vermeende probleemleerlingen, een ander deel zweeft dromerig weg bij de fata morgana's van het 'nieuwe leren'. De paar honderd scholen die nu juist met aantoonbaar succes bezig waren risicoleerlingen voor te bereiden op het overleven in de kenniseconomie, worden intussen met ijzeren logica financieel uitgekleed. En de autonome school is een heel mooi beginsel, maar hoe je het werken aan nationale belangen zoals de kenniseconomie of het stimuleren van burgerschap in die autonome school een plaats kunt geven, is een nauwelijks gestelde vraag.

Degenen die de zomer in Nederland doorbrachten, konden in de regen voor hun tv genieten van het tobbedansen en het spel zonder grenzen. De omroepen hebben zo hun eigen idee van hoe bij te dragen aan Nederland kennisland.

En de jongeren zelf dan. Zij verkenden deze zomer weer in hoog tempo stad en land in binnen- en buitenland. De belangrijke zaken in hun dagelijks bestaan hebben ze altijd bij zich. Het hele sociale netwerk gaat mee in het mobieltje en een leven lang muziek en foto's kan in de I-Pod in het binnenzakje. De kennis blijft thuis. Die wordt in september weer in een onhandige rugzak gestouwd en tussen school en huis meegezeuld. Want kennis is last, geen lol.

Een ogenblik geduld...
Click here to revoke the Cookie consent